Je schrijfwerk heeft op veel verschillende manieren te maken met tijd. Zo is daar het tijdperk waarin je verhaal zich afspeelt. En tijd vinden om te schrijven kan nogal een dingetje zijn. Vooral als je die gevonden tijd aan andere zaken besteedt. 😋
Maar dat terzijde.
Er valt dus veel over tijd te zeggen. Zal ik niet allemaal doen, nu. Ik begin met dit artikel, waarin ik je vertel over een paar aspecten van tijd in je verhaal en de mogelijkheden om daarmee te spelen.
Chronologie
Je kunt je verhaal vertellen van voor naar achteren: het begint bij het begin en eindigt bij het einde. Je boek en het verhaal dat je daarin vertelt lopen dan gelijk op. Maar wat je ook kunt doen is de tijdsvolgorde omgooien.
Plons er middenin
Jij bent baas in eigen boek. Als schrijver bepaal jij vanaf waar je je verhaal vertelt Dat hoeft dus niet bij het begin te zijn; je kunt je lezer ook midden in de gebeurtenissen laten plonzen, in media res, zoals de term luidt. Daar waar het fout gaat voor je held(in) en de ellende begint. Een stijlmiddel bij uitstek om je lezer direct bij de kladden pakken. Actiefilms en –series beginnen vaak in media res, vrijwel alle James Bondfilms bijvoorbeeld. Met flashbacks –zie verderop – vertel je dan hoe het allemaal zo gekomen is.
De consequentie van zo’n openingsscène kan zijn dat je verhaal bij de flashback aan spanning inboet, omdat je lezer al weet waar het verhaal naartoe gaat. Maar met die terugblik kun je je verhaal ook een extra dimensie geven door dat eerder vertelde in een heel nieuw licht te laten zien.
Dus: wel of niet chronologisch?
Daar is geen algemeen geldend advies voor te geven.
In het (heel erg) algemeen zou je kunnen zeggen dat een chronologisch verteld verhaal kalmer, bedachtzamer en trager overkomt, terwijl een omgegooide tijdsvolgorde het verhaal snel en dynamisch maakt.
Maar laat deze kwalificatie niet je leidraad zijn. Beide manieren van vertellen hebben hun voordelen en welke je gebruikt is afhankelijk van het verhaal dat je wil vertellen, je schrijfstijl, je voorkeuren en nog veel meer.
Let op!
Met een in de tijd heen-en-weer springend verhaal bestaat het risico dat je de draad kwijtraakt, zowel jij als schrijver als je lezer. Dan kan het zo ingewikkeld worden dat je lezer afhaakt.
Flashbacks en flashforwards
Oftewel terugblikken en vooruitblikken.
Flashback
Een flashback kijkt terug in de tijd. Je hebt hem bijvoorbeeld nodig als je je verhaal in media res bent begonnen. Maar dat is niet het enige waarvoor je ze kunt gebruiken. Ze zijn bij uitstek geschikt om informatie te geven. Stel, je personage worstelt met een probleem of conflict waarvan de bron in haar verleden ligt. Dan kun je een tipje van de sluier oplichten door haar aan die gebeurtenis te laten terugdenken. Een voorbeeld uit We moeten je iets vertellen, een thriller van Marion Pauw, die spannend en tegelijkertijd hilarisch is:
Een flashback geeft je ook de mogelijkheid om iets te vertellen wat niet echt deel uitmaakt van je verhaal, maar daar wel mee te maken heeft. Bijvoorbeeld dit fragment uit Hex, die heerlijke nederhorror van Thomas Olde Heuvelt:
Of om gefnuikte verwachtingen te laten zien (fragment uit hetzelfde boek):
Je kunt je boek ook beginnen met een flashback. Zoals deze opening van het derde deel van Marcel van Driels succesvolle trilogie-voor-kinderen-maar-volwassenen-zijn-er-ook-dol-op Superhelden.nl:
Flashforward
De tegenhanger van de flashback is de flashforward. Een flashforward kun je gebruiken om spanning op te bouwen. Het verhaal heeft bijna een climax bereikt – er staat iets op het punt te gebeuren, een antwoord op een prangende vraag loert al om de hoek – maar dan stopt het verhaal en schakelt over naar iets in de (mogelijke) toekomst. Dat is meestal een blik in een duister stukje toekomst, een voorteken van iets slechts, iets gevaarlijks: ‘winter is coming’. Het Engels heeft daar de mooie term foreshadowing voor.
Zo gebruikt Stephen King een flashforward vaak voor zijn beroemde ‘omineuze vooruitblik’ aan het einde van een scène. Zoals hier in Mr. Mercedes:
In zijn urban fantasy-roman De oceaan aan het einde van het pad, plaatst Neil Gaiman een flashforward aan het begin van een scène:
Dit is ook een mooi voorbeeld:
Nu weet je lezer niet alleen dat Mad Sweeney het loodje gaat leggen, maar ze krijgt ook de hint dat Shadow zijn lijk zal zien.
Dit fragment komt uit Neil Gaimans American Gods, dat ik momenteel zowel lees als kijk (serie op Amazon). Dat is een wat bizarre maar fijne ervaring, die wonderwel werkt. De serie (waar Neil Gaiman als Executive Producer bij betrokken is en waar hij ook aan meegeschreven heeft) volgt het boek niet precies. De volgorde van scènes wordt zo hier en daar omgegooid, maar bijvoorbeeld bepaalde dialogen uit het boek komen in een andere setting terug. En dat stoort me gek genoeg helemaal niet.
De combinatie
Je kunt ze ook combineren! Wat dacht je van deze flashback-in-een-flashforward:
‘Sue probeerde zich voor te stellen hoe ze later aan deze dag zou terugdenken. Hoe ze elkaar hadden verkend, het voorzichtige aftasten, de verrukkelijke ontdekkingen. En waar dat toe geleid had.’
Let op!
Je lezer moet wel kunnen snappen dat ze in een flashback of flashforward zit. Als dat niet duidelijk is werkt dat verwarrend en dat haalt je lezer uit het verhaal.
Tot zover
… het eerste artikel over aspecten van tijd in relatie tot je boek. Meer artikelen volgen! In de curatie vind je een eerder artikel over tijd in je boek. Volgende artikelen zullen daar worden toegevoegd.
Ik wens je veel tijdloos plezier!
Meer lezen over tijd? Zie deze artikelenlijst in het curatieartikel. Wordt regelmatig aangevuld.
PS: de podcastaflevering Neem even de tijd kun je hier luisteren.