In een eerder artikel vertelde ik je over schrappen in je boek en waarom dat nodig is. Maar er is meer over schrappen te vertellen dan in dat ene artikel. Dus hier een vervolg.
Wat kan een reden zijn om iets te schrappen? Bijvoorbeeld bijvoeglijke naamwoorden. Als je iets uitbundig of sfeervol probeert te beschrijven, kan dat makkelijk leiden tot (te) veel bijvoeglijke naamwoorden, die je tekst onecht doen overkomen: gekunsteld. Sloop die eruit, pas je tekst aan, en als er daardoor iets nietszeggends overblijft, verwijder dat overblijfsel dan ook.
Wees sowieso voorzichtig met bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden; probeer in plaats daarvan woorden te gebruiken waar de betekenis van het bijvoeglijk naamwoord al in zit. Voorbeeld: niet ‘heel erg mooi’ maar ‘prachtig’.
Te lange, saaie tekst
Breedsprakige tekst is saaie tekst. Vaak zitten er overbodige, niets toevoegende uitdrukkingen in – meestal bedoeld om de zin gewichtiger te maken – die je er prima uit kunt halen. Ik geef je daar drie voorbeelden van, plus de bondige versie.
Denk bijvoorbeeld aan de uitdrukking ‘het feit dat’:
‘De zwerfkat is gewend geraakt aan het feit dat elke avond een bordje eten klaarstaat.’
Bondiger:
‘De zwerfkat is eraan gewend geraakt dat elke avond een bordje eten klaarstaat.’
Nog zo’n onnodige tekstuitbreiding die je weg kunt snijden: ‘hij/zij is een man/vrouw die’:
Zij is een vrouw die van wanten weet.
Bondiger:
Zij weet van wanten.
En een derde: ‘in de nabije toekomst’:
Bondiger:
Er bestaan nog veel meer onnodige uitdrukkingen – ‘er is geen twijfel mogelijk’, ‘op vluchtige wijze’, ‘in termen van’, enzovoort, die je vrijwel altijd kunt schrappen, waarmee je geen betekenis verwijdert maar wel de leesbaarheid bevordert.
Help! Het lukt niet
Als je een tijdje bezig bent geweest met schrappen, lukt het je soms niet meer om te zien wat je moet schrappen en wat niet. Ga dan niet hardnekkig door, want dat frustreert alleen maar. Leg je manuscript weg en hou een paar dagen pauze. Je onderbewuste gaat dan stiekem aan het werk, waardoor je na enige tijd veel objectiever naar je tekst kunt kijken. Je ziet dan wél wat er mankeert; het is duidelijk wat je moet schrappen en waar je je tekst moet wijzigen.
Overdrijf niet
Schrappen moet (vrijwel) altijd, maar er zijn grenzen. Hoe weet je dat je te veel dreigt te schrappen? Bijvoorbeeld als je veel en veel te lang aan je boek of aan een deel ervan zit te pulken, en ook voelt dat het meer dan genoeg is geweest. Bijvoorbeeld als je er voor de vijfde keer erdoorheen gaat. Of als je bij de zoveelste keer aanpassen van een stuk tekst erachter komt dat je een rondje hebt gemaakt: je maakt er een tekst van zoals je die al eerder hebt geschreven (en weer gewijzigd). Of als je niet meer kunt vaststellen of je de tekst er beter door maakt of juist slechter. Te veel is te veel.
Meer lezen over kwaliteitsverhogers van je tekst? Dat kan hier. En hier vind je het eerste artikel over schrappen.
Liever luisteren? Dat kan hier.
Veel schrapplezier!