Tijd is een prachtig stuk gereedschap.
Tijd heeft zoveel facetten en geeft zoveel mogelijkheden voor een boeiend boek, het omvat vrijwel alle bouwstenen. Denk alleen al maar aan uiteenlopende zaken als grammatica en de tijdsbeleving van je lezer.
De toepassingen van tijd in je boek zijn zo uitgebreid dat één artikel niet voldoende is; daarom heb ik er al een paar aan gewijd.
In dit artikel vertel ik je over tempo. En over verhalen met een lange tijdspanne.
Tempo
Tempo in je boek, en de variatie daarin, hebben veel invloed op hoe je lezer het verhaal ervaart. Een belangrijk element dus.
Het tempo van je verhaal kun je bepalen met woordkeuze, zinslengte, en de lengte van de scènes. Met dialogen, cliffhangers, actie en reflectie. En dan ben ik er nog wel een paar vergeten, denk ik.
Lange, passieve zinnen, lange scènes, dialogen waarin de sprekers steeds (relatief) lang aan het woord zijn, stukken tekst met reflectie en herinneringen, dat zorgt allemaal voor een lager tempo. Ook je woordkeuze maakt uit: woorden in het meer bedachtzame, statische spectrum brengen het tempo omlaag.
Dat betekent dat korte, actieve zinnen, korte(re) scènes en tik-takdialogen, het tempo opschroeven, evenals cliffhangers en dynamische woorden.
Tempowisseling
Je zou kunnen denken dat een hoog tempo het beste is. Want: spanning, adrenaline, opwinding! Maar een boek in alleen uptempo is niet spannend, maar uitputtend en je lezer haalt de finish niet. Zelfs James Bond en superhelden hebben hun momenten van ontspanning, nadenken en rust.
Een hoog tempo moet je dus afwisselen met kalmere stukken. Dat geeft even lucht en je lezer kan het drukke voorgaande deel even laten bezinken.
Het begin van je boek
Waar je wel op bedacht moet zijn is (te veel) reflectie, achtergrond en dergelijke, in het begin van je boek. Als je lezer er net aan begonnen is, zit ze nog niet in het verhaal en heeft ze zich nog niet in je personages kunnen inleven. Dan zijn dit soort trage, uitleggende elementen saai. (Uitleggen is trouwens zelden goed.) Sowieso is het slim om je boek met iets spannends te beginnen.
Lange tijdspanne
Ook een niet te onderschatten tijdcomponent met veel impact op je boek, is de tijdspanne waarin het verhaal zich afspeelt. Je verhaal kan een dag of een paar uur of zelfs maar een paar minuten omvatten, maar het kan ook langer. Veel en veel langer.
Boeken met een lange tijdspanne hebben de neiging episch te zijn.
Ik lees momenteel het fenomenale boek van Neal Stephenson: Cryptonomicon. Een dikke – wat zeg ik: een obese pageturner van zo’n 1275 pagina’s, die steeds wisselt tussen WW2 en het heden. In beide tijdsperioden draait het om versleuteling en ontsleuteling van informatie; om het coderen van berichten en het kraken ervan: cryptologie. In het tijdvak van WW2 probeert een geheime groep geallieerden de gecodeerde Duitse berichten te kraken, en te voorkomen dat de nazi’s een succesvolle kraak ontdekken. In het huidige tijdvak werken kleinkinderen van de hoofdpersonages uit WW2 aan een onkraakbaar computernetwerk. Het bloed kruipt waar het niet gaan kan.
Bij dat heen en weer springen tussen heden en verleden, kom je regelmatig een afstammeling of een voorvader (weinig voormoeders, helaas) van een sleutelpersonage tegen, en dat maakt het extra intrigerend. Het voegt diepgang toe; je herkent bepaalde talenten en karaktertrekken, je krijgt vermoedens hoe de tijdlijn van voorouder naar nakomeling is gelopen, er komen allerlei draadjes tevoorschijn die het verleden met het heden verbinden, ook buiten de personages om.
Lees dat boek!
Neal Stephenson is sowieso behoorlijk tijdsbelust (is dat een woord?), want zijn boek dat ik vóór Cryptonomicon gelezen heb, Seveneves (ook al zo’n boeiende dikzak), omspant nog veel en veel meer tijd, tot honderdduizenden jaren toe. En ook al zijn door de eonen tijdsverschil de verbindingsdraadjes dunner en vager, ook hier zijn ze aanwezig.
Lees dat boek ook! 🙂
Er zijn veel beroemde boeken waarvan het verhaal een grote tijdspanne heeft; denk bijvoorbeeld aan Honderd jaar eenzaamheid, van Gabriel García Márquez. Dat vertelt de geschiedenis van een familie over vele generaties heen.
Lees dat– nou ja, nu weet je het wel. 😉
Als aangegeven: er zijn meer artikelen over tijd in je boek; je vindt ze hier.
Liever luisteren? Dat kan hier.