Jij zit vast niet met een paar velletjes papier en een afgekloven potloodje je magnum opus te schrijven. Waarschijnlijk doe je dat op je pc of Mac, je tablet of zelfs je smartphone (of afwisselend op allemaal).
Verhalen vertellen blijft hetzelfde*, maar de manier waarop dat verhaal uit het hoofd van de verteller in de hoofden van de ontvangers wordt overgebracht, is drastisch veranderd. Van ganzenveer via potlood/vulpen/balpen, de mechanische typemachine, de elektrische typemachine en de tekstverwerker, naar de pc/Mac/tablet/smartphone. Plus alle schrijftools die daarbij horen – zie Tools en andere hulpmiddelen (hier het eerste artikel over mijn ervaringen met Scrivener).
*Dat mag iets genuanceerder, want smaken, snelheid, genres e.d. variëren door de tijd heen natuurlijk wel.
Maar naast die pc/Mac/enz. en die schrijftools, biedt onze tijd nog veel meer spannends om je verhaal te vertellen. Internet heeft zoveel mogelijk gemaakt wat niemand van tevoren heeft voorzien, en is zo’n aanjager van spannende, nieuwe ontwikkelingen, dat het zonde zou zijn om daar als schrijver geen gebruik van te maken.
Dus wat is er allemaal voor spannends? Heul veul. Te veel voor één artikel. Dus dat worden er een aantal. En ik begin met iets waar je écht niet meer omheen kan, namelijk:
Social media
Toegegeven, zo nieuw zijn social media niet meer. Ze zijn zo vanzelfsprekend geworden dat het niet slim zou zijn om er geen gebruik van te maken, zeker niet als je wat te verkopen hebt: je boek, je blog, jezelf. De invloed van social media is immens; veel mensen halen hun nieuws en andere info primair uit Twitter, Facebook, Google+ enzovoort. Social media zijn een bron van informatie, ze bieden je een platform om jezelf en je boek te promoten, je kunt ze gebruiken voor hulp, voor informatie, voor co-writing, you name it.
Ik zal er hier een aantal namen en bespreken.
Co-creatie
Als het je aanspreekt om niet in je eentje je boek te schrijven maar dat gezamenlijk te doen, kun je een oproep plaatsen voor medeschrijvers. Gebruik daarbij op Twitter de hashtag #dtv (dat staat voor Durf Te Vragen – heel nuttig) en/of #cocreatie. Facebook heeft een pagina Durf te vragen, maar er zijn ook heul veul schrijfpagina’s en –groepen; ik noem er een paar:
Als je even zoekt vind je er nog veel meer.
Ook als je niet op zoek bent naar co-auteurs maar vastzit in je verhaal, of advies, ideeën of gewoon feedback nodig hebt, zijn social media daar prima voor.
En social media kun je natuurlijk ook voor andere zaken dan voor het schrijven zelf gebruiken: zoek je een ontwerper voor je cover? Een tekenaar? Hulp bij (zelf)publicatie? Gooi je vraag op social media.
Naams- en boekbekendheid
Een ander voordeel van het delen van je schrijf-wel en wee op social media, is dat veel mensen al vroeg in het proces op de hoogte zijn van je boek. Regelmatig updates geven van je voortgang, het delen van je ups en downs, het vragen om, en krijgen van hulp – waar je natuurlijk ook allemaal verslag van doet – zorgen ervoor dat je volgers en vrienden zich bij je boek betrokken gaan voelen en er nieuwsgierig naar worden. Als je boek er eenmaal is, zullen ze dat goede nieuws helpen verspreiden. Met een beetje geluk lezen ze je boek en geven ze het een fijne, gemeende recensie.
Social media kunnen werken als een inktvlek. Bovendien vindt Google het ook leuk: jij en je boek worden sneller gevonden.
Branding – maak een merk van jezelf
Als je je boek niet puur voor jezelf schrijft maar echt gelezen wil hebben (en dan niet alleen door je oma, opa en andere welwillende familie en vrienden) én je bent (nog) geen bekende auteur, dan zul je jezelf als merk moeten neerzetten – hip woord: branding. Social media zijn daar goede bondgenoten bij. Die naamsbekendheid van de paragraaf hierboven helpt al voor een groot deel. Maar voor een merk is meer nodig.
Wat moet je daarvoor doen? Samenvattend kun je stellen dat je je een prettige en geloofwaardige persoonlijkheid moet tonen, iemand die veel waarde biedt.
Wees authentiek
Zorg voor een ‘authentiek’ zelf. Ik heb ‘authentiek’ tussen aanhalingstekens gezet omdat het nogal een buzzwoord is en daardoor het risico heeft betekenisloos te worden. Want wat is authenticiteit eigenlijk?
Authenticiteit is ‘jezelf zijn’ – ook al zo’n buzzwoord. Wie ben je ‘zelf’? Zonder filosofisch te worden: je bent verschillende ‘zelven’. Soms ben je vrolijk, soms somber. Soms kun je de hele wereld aan, soms kruip je het liefst in je holletje (vertaling voor mannen: je mancave). Soms kun je met goede argumenten redelijk discussiëren – zelfs met ongenuanceerde roeptoeters, soms denk je meteen al: ach zoek het uit, eikel. Enfin, tenzij je de gereïncarneerde Nelson Mandela bent, herken je je hier vast wel in.
Desondanks heb je een bepaalde persoonlijkheid, die er altijd is, of je vandaag nu vrolijk bent of juist somber. Iets wat jou definieert tot jou, iets wat je uniek maakt.
Je uitingen op social media moeten die persoonlijkheid uitdragen.
Jubel niet te veel en te hard
Presenteer een positief ik, maar kijk uit voor ‘over the top’. Constant blije, jubelende mensen zijn irritant. Al was het maar omdat niemand altijd alleen maar juichend en jubelend is – het maakt onecht. Bovendien toont een zo nu en dan wat minder juichend bericht je als menselijk, iemand met wie je volgers en vrienden zich kunnen vereenzelvigen.
Je kunt ook best een stevige discussie aangaan. Zolang je maar correct blijft. En als je ergens boos of geïrriteerd over bent, mag je dat zeker laten weten. Maar vermijd zeuren, klagen en misantropisch zijn. Hoewel dat laatste, misantropisch zijn, soms ook een goeie act kan zijn, als het maar geestig is – ik ken er zo een paar. Nee, ik noem geen namen. 😉
Onthou: in het algemeen werkt positiviteit beter dan negativiteit.
Toon je waarden
Wees je bewust van je waarden in je leven – wat vind je belangrijk? Ik heb het niet over het schip met geld of eeuwige roem/jeugd/leven/schoonheid/geluk, want dat zijn zelfzuchtige verlangens. Ik bedoel: wat is voor jou belangrijk in de wereld, waar sta je voor? Dat kunnen grote maatschappelijke thema’s zijn, zoals opvang van vluchtelingen die alle kanten op worden gedreven – zelfs naar de bodem van de zee, het aan de kaak stellen van de meer dan afgrijselijke toestanden in de vee-industrie, het strijden tegen de inbreuken op privacy. Maar ook schrijversspecifieke zaken, zoals het ageren tegen een verhoging van de BTW op boeken en de onnodig hoge prijzen van ebooks.
Je bent een mens, en je staat voor wat je belangrijk vindt. Als je dat tot uiting laat komen, zul je des te meer gewaardeerd worden. Ook al heeft het niets met je boek te maken.
Waak wel voor het doodgooien van mensen met tweets en Facebookberichten over je hartszaak – dat wekt irritatie en werkt contra-productief.
Vermijd opscheppen
Natuurlijk ben je trots op wat je hebt bereikt. Dat mag je zeker met de wereld delen, maar berichtjes die ‘kijk mij eens geweldig zijn’ uitstralen doen je zaak geen goed. Toon dus blijdschap maar poch niet, en vergeet niet mensen die je feliciteren te bedanken.
Geef fouten toe
Onderdeel van een prettige, geloofwaardige persoonlijkheid is het kunnen toegeven als je ernaast zat. Zei je A maar bleek het toch B te zijn? Geef dan ruiterlijk toe dat je je vergist hebt. Niets zo vervelend of zelfs lachwekkend als iemand die halsstarrig zijn gelijk probeert vol te houden – ‘nee hoor, de aarde is echt plat’.
Voeg waarde toe
Natuurlijk wil je je boek verkopen. Maar sla mensen niet om de haverklap om de oren met berichten die neerkomen op: koop mijn boek! Alsjeblieft! Wist je al dat mijn boek te koop is?
Het heet dan wel zelfpromotie, maar die promotie doe je indirect: door iets te bieden dat waardevol is voor mensen. Dat kan jouw boek zijn, natuurlijk. Maar na 20 tweets op een dag die het bestaan van je boek wereldkundig maken, weten de meeste mensen het wel. En na 10 tweets ook.
Waarde kan zijn: informatie: wat heb ik geleerd van het schrijven? Hoe ging mijn zoektocht naar een uitgever of hoe heb ik mijn zelfpublicatie aangepakt? Welke valkuilen ken ik nu en kun jij dus vermijden?
Het kan ook entertainment zijn: leuke weetjes die je deelt en die relevant zijn in verband met je boek en/of je merk.
Waarde kan ook hulp zijn en mensen verbinden: zoekt een ontwerper een opdracht en heeft een schrijver een ontwerp voor zijn boekcover nodig? Breng ze met elkaar in contact. Wijs mensen op interessante sites waar ze wat aan hebben. Ook leuk voor die sites, die zo aan bezoekers komen.
Wees vriendelijk en beleefd
Sneren en katten zijn uit den boze. Doe het niet, zelfs niet naar trollen (negeer die). Vergeet niet dank je wel te zeggen als iemand je geholpen heeft. Sterker nog: maak reclame voor hem/haar en zijn/haar product, dienst en website. Dan heb je er een fan bij.
Zorg voor interessante berichten
Bericht niet om het berichten maar zorg dat je iets te melden hebt, iets wat interessant, geestig, spannend of informatief is. Non-berichten maken je saai.
Post niet te veel en niet te weinig
Je hoeft echt niet elk uur iets te posten. Liever niet zelfs, dan worden mensen je moe. Maar blijf niet dagen achtereen weg. Het is handig om, naast je ad-hocberichten, ook op vaste tijden iets te posten, bijvoorbeeld dagelijks om 4 uur, of wekelijks op maandagochtend. Dan raken je volgers en vrienden daarop ingesteld. Zorg er dan ook voor dat die vaste berichten een vast thema hebben, bijvoorbeeld een pauzemomentje om 4 uur, een maandagochtend-rise and shine, een zaterdagblog.
Je kunt je berichten schedulen, bijvoorbeeld via Hootsuite of TweetDeck. Zo kun je een voorraadje berichten aanmaken op een moment dat het jou uitkomt.
Let op je spelling
Dat is een open deur, denk ik. Taalfouten, zéker van een schrijver, maken je ongeloofwaardig, hoe onterecht dat op zich ook zou zijn. Wist je dat je een Facebookpost en een bericht op Google+ kunt wijzigen? Op Twitter kan dat niet, maar je kunt hem wel verwijderen. Dus als er toch een foutje door je nauwkeurige check is geglipt, dan is het een kwestie van uithuilen en opnieuw beginnen.
Wees beknopt
Twitter staat je per bericht slechts 140 tekens toe (update: inmiddels 280 tekens). Dat is niet voor niets. Er zijn steeds meer interessante dingen om tot je te nemen en mensen moeten dus ook steeds sneller informatie verwerken. Hun tijd moet over heel veel zaken verspreid worden en is dus kostbaar. Veel mensen haken af als ze een lang stuk tekst zien. Hoe beknopter jij je boodschap kunt brengen, hoe beter. Niet alleen daar waar je ruimte gelimiteerd is, zoals Twitter. Maak dus een onderscheid tussen je snelle, korte boodschap en je eventuele longreads, waarnaar je in je boodschap verwijst; met je korte boodschap wek je interesse op, waardoor mensen wél bereid zijn tijd te investeren.
Bovendien is het leuk en uitdagend om je boodschap in zo min mogelijke woorden over te brengen. Gooi alles wat overbodig is eruit; dat is meteen een goede oefening: schrijven is schrappen.
Reageer
Lees regelmatig de berichten van je doelgroep (niet alleen van je volgers/vrienden) en reageer daarop als je iets zinnigs kunt bijdragen, als je iemand kunt feliciteren, als je iemand een hart onder de riem kunt steken.Reageer zeker op reacties op je eigen berichten. Als je dat nalaat kunnen mensen zich niet serieus genomen voelen. Dus reageer, al is het maar met een smiley, een favourite, een like of een bedankje. Om te voorkomen dat je reacties mist, kun je instellen dat je daar mailnotificaties van krijgt.
Met andere woorden: zorg voor interactie. Zo ontstaat echt contact en creëer je een band.
Te veel volgend om te volgen?
Ik hoor je denken: ik heb op Twitter inmiddels zo veel volgers, en daardoor volg ik ook zo veel mensen terug (courtesy follow), dat ik echt niet meer alles kan lezen.
Ten eerste: je hoeft echt niet elke volger terug te volgen (of op Facebook elk vriendschapsverzoek in te willigen). Er zijn bijvoorbeeld twitteraars die het alleen om jouw terugvolgen gaat. Grote kans dat die je even later weer ontvolgd hebben.
Er zijn ook volgers die gewoon niet in jou geïnteresseerd kúnnen zijn – en jij ook niet in hen – al was het maar omdat jullie elkaars taal niet spreken. Ik heb wel eens Russische en zelf Chinese volgers gehad, die ook alleen maar in het Russisch en Chinees twitterden.
Dan zijn er ook nog twitteraars die gewoon niet leuk of interessant zijn. En over accounts die je duizenden volgers beloven hoef ik het neem ik aan al helemaal niet te hebben.
Lijsten
Heb je ondanks je snoeiwerk toch te veel volgers om ze allemaal regelmatig te kunnen lezen, dan kun je lijsten aanmaken per aandachtsgebied. In plaats van (alleen maar) je timeline, lees je de berichten in die lijsten; de belangrijkste altijd, en de minder belangrijke minder vaak. Wil je niet dat je volgers weten dat ze in een lijst zijn opgenomen, dan maak je die lijsten privé.
Tip: als je om welke reden dan ook iemand niet wil volgen maar wel diens berichten wil lezen: ook mensen die je niet volgt kun je in je lijst opnemen.
Er is meer dan Twitter, Facebook en Google+
Denk ook aan beeld. Ook al zijn taal en woorden jouw core business, beeld wordt steeds belangrijker. Vergeet dus beeldgebaseerde kanalen als YouTube, Instagram en Pinterest niet.
En al vallen ze strikt genomen niet onder social media: podcasting en bloggen zijn ook waardevol voor je merk.
Meer lezen over spannende, nieuwe ontwikkelingen? Dat kan hier