Toen ik ging zoeken naar tips over schrijven, ging het meeste wat ik tegenkwam over uitstelgedrag en wat ertegen te doen. Het uitstelspook wordt kennelijk als het grootste probleem ervaren.
Er kunnen veel oorzaken zijn waarom je je van je lege virtuele vel papier afdraait en iets anders gaat doen. In dit artikel schrijf ik over een veelvoorkomend verschijnsel: twijfelen aan jezelf.
Zelftwijfel
Zelftwijfel is een gigantische uitstelaanjager. Spookstemmetjes in je hoofd die zeggen: dat kan ik toch niet, een boek schrijven? Als ik het zou kunnen, dan was ik nu toch als een razende aan het schrijven? Geef die duiveltjes de kans en je bent al heel gauw overtuigd van je armzalige schrijverskwaliteiten.
Iedereen twijfelt zo nu en dan aan zichzelf, en dat heeft niets te maken met weinig zelfrespect of een gebrekkig gevoel van eigenwaarde.
Waar komt die zelftwijfel dan wel vandaan?
Faalangst
Angst om te falen is haast altijd eentje waar je op kunt rekenen dat-ie zijn onaangename smoel onder je neus drukt. Iedereen is weleens bang om fouten te maken, ongeacht hoe succesvol ze al zijn geweest.
Maar wees daar niet bang voor! Of beter gezegd: wees bang maar stap desondanks uit je comfort zone. Van niets leer je zo veel als van je fouten. Ja, kritiek doet pijn. Een van mijn schrijfsels werd eens ongezouten en ongenadig afgekraakt. Auw, dat deed zeer!
Maar het kwam van iemand wiens mening ik hoog had zitten. Dus nadat ik mijn wonden had gelikt, kroop ik uit mijn treurhoekje en vroeg hem of hij wilde aangeven wat precies de tekortkomingen waren. Dat deed hij, en bovendien gaf hij tips om die mankementen te voorkomen. Die kritiek en die tips heb ik ter harte genomen en zie: mijn volgende schrijfsel werd door hem met – eveneens ongezouten – lof ontvangen.
Tuurlijk is het fijn als je wordt toegejuicht. Heerlijk, zo’n warm bad. Vooral op social media vliegen de complimentjes van je vrienden je al snel om de oren. Maar zijn die wel altijd helemaal eerlijk? Je hebt veel meer aan mensen die je niet ontzien en zeggen waar je fout zit. En fouten zul je altijd maken, neem dat maar van me aan.
Wil je gepamperd worden of wil je goed schrijven? Aan jou de keus.
Wil je toch een beetje voorzichtig aan de koude douche te wennen? Vraag dan voordat je je werk in de openbaarheid gooit, aan een goede vriend of vriendin om dat werk te beoordelen, iemand die je volkomen vertrouwt en van wie je zeker kan zijn dat die je eerlijk en onverbloemd zijn mening zal geven. Vindt hij het niks? Dat betekent niet dat je je schrijverscarrière aan de wilgen moet hangen – integendeel! The only way is up – dat klinkt als iets van een softe positiviteitsgoeroe, maar het is wel waar.
Iedereen kan leren schrijven. Jij ook. In de eerste en belangrijkste plaats door je fouten.
Gebrek aan zelfvertrouwen
Uit onderzoek blijkt dat twijfelen aan jezelf vooral voorkomt als je jezelf geen duidelijk en haalbaar doel hebt gesteld. Als je dat doel goed in beeld hebt, geeft dat je de noodzakelijke drijfveren en prikkels om je over de twijfel aan jezelf heen te zetten. Je gaat dan gestructureerder, energieker, en doelgerichter te werk, met minder ruimte voor twijfel.
Zonder dat helder gevisualiseerde doel heb je te weinig vertrouwen in je kunnen. Te weinig vertrouwen that you got what it takes.
Wat moet je dan doen?
Twijfel niet aan twijfelen
Als je op internet zoekt op hoe je meer zelfvertrouwen kunt krijgen, word je bedolven onder de websites, artikelen, blogs en filmpjes die daarover gaan. En er zijn er heel veel die beloven dat, als je maar zus-of-zo-advies of dure cursus volgt, je voorgoed bevrijd zult zijn van TAO: twijfel, angst en onzekerheid.
Nonsens.
Niemand is altijd vol zelfvertrouwen. Iedereen twijfelt weleens.
En dat is goed.
Te veel zelfvertrouwen kan tot gevolg hebben dat je lui wordt, dat je te weinig moeite doet, dat je blind wordt voor fouten.
Dus dat je rommel levert.
En dat wil je niet. Een beetje twijfel zorgt ervoor dat je net wat extra doet, dat je je schrijfwerk niet een keer, niet twee keer, maar zeker drie keer naleest. Dat je niet alleen op je eigen oordeel afgaat maar anderen ernaar laat kijken. Omdat je weet dat je over je eigen fouten heen leest.
Een beetje twijfel geeft je de energie om niet te snel tevreden te zijn. Veel creatieve mensen gebruiken dat beetje zelftwijfel als stimulans om het beste uit zichzelf te halen.
Het gaat dus om balans: niet te veel, maar zeker ook niet te weinig.
Visualiseer je doel
Als het ontbreken van een duidelijk doel je (te grote) gebrek aan zelfvertrouwen veroorzaakt, zorg er dan voor dat je dat duidelijke doel wel stelt. Visualiseer je doel: zie dat boek voor je, dat korte verhaal, dat mooie artikel, die doordachte structuur, die prachtige vervlechting van drijfveren van je personages en de plot die daar heel natuurlijk uit voortkomt. Gebruik dat doel om je plan te trekken om dat doel te bereiken: zet de structuur van je verhaal op, plan je schrijfmomenten (en hou je daar aan).
Zorg voor cheerleaders
En vooral: vertel aan belangrijke mensen in je leven, mensen die je vertrouwt en wiens mening belangrijk voor je is, wat je doel is en wat je gaat doen (of al doet). Zij helpen je over dode punten heen, geven je goede raad, motiveren je, geven je op je kop als je dreigt af te haken, en voorzien je van de nodige chocola, drop, wijn en ander troosteten en –drank als je het even niet meer ziet zitten.
Zij helpen je door te zetten. Koester ze.
Happy anti-procrastinating!
PS: Meer lezen over inspiratie en motivatie voor schrijven? Dat kan hier.
PS2: Ik heb overigens wel een fantastisch niet-kunnen-schrijven-excuus: